Gods liefde is anders

Ik heb me lange tijd afgevraagd waarom de woorden ‘God is liefde’ zoveel vragen oproepen: ‘Als God liefde is, waarom is er dan zoveel ellende op deze wereld?’ ‘Als God liefde is, waarom grijpt Hij dan niet in?’ ‘Als God een God van liefde is, hoe kan Hij dan…?’ Ik vermoed dat dit komt omdat wij de wereld waarin we leven en de God die liefde is niet met elkaar kunnen rijmen. Daardoor gaan we twijfelen aan de bijbelse waarheid dat God liefde is. Misschien komt dit ook omdat ons idee van liefde zo anders is dan dat van God. Gods liefde is niet de overtreffende trap van menselijke liefde. Menselijke liefde kent haar grenzen en heeft – als ik zo om me heen kijk – een beperkte houdbaarheidsdatum. Liefde van mensen is gebaseerd op goede wil en goede bedoelingen, maar schiet te kort en is niet vrij van eigenbelang. Onze liefde is onberekenbaar en onvoorspelbaar, bovendien broos en kwetsbaar. Gods liefde is anders. Zij is niet menselijk, maar bovennatuurlijk en daardoor onvergelijkelijk en niet te bevatten. Daarom bepaalt niet ons gevoel of ons begrip van liefde hoe Gods liefde is. God zelf is de volmaakte definitie van liefde. In elk opzicht is zijn liefde mooier, groter en indrukwekkender dan we denken.

Als wij Gods liefde gaan definiëren en naar eigen inzicht invullen, creëren we volgens kerkvader Augustinus een verwrongen beeld van God. Hij schreef zo’n vierhonderd jaar na Christus: ‘God is een onzichtbare werkelijkheid. Je moet Hem niet zoeken met je ogen, maar met je hart. Niemand mag zich een idee van God vormen op grond van de begeerlijkheid van zijn ogen, want dan ga je je God voorstellen als een ontzaglijk wezen, als een onmetelijke grootheid in de ruimte. Of we gaan ons Hem voorstellen als een eerbiedwaardige grijsaard. Beeld je niets in van dien aard. Als je God wilt zien, heb je één gegeven om je een idee van Hem te vormen: God is liefde.’ Augustinus verdedigde in zijn preek de drie woorden waarmee Johannes ons een definitie van God heeft gegeven: ‘God ís liefde’ (1 Johannes 4:16, NBV). Johannes zegt met deze woorden niet dat God – Augustinus – weet wat liefde is. Hij bedoelt ook niet te zeggen dat God ons liefheeft. Johannes zegt dat God liefde ís. Er is niets in God dat niet liefde is. Hij ís het. God kan niet bestaan zonder lief te hebben. Het feit dat God liefde ís behoeft geen verklaring noch verantwoording. Zijn liefde is de grondslag van ons geloof en de belangrijkste bouwsteen van ons bestaan.

Uit: God is liefde punt!