Hoe stel jij je God voor ogen?

Een klein ventje is druk bezig met een stel kleurpotloden op een vel papier te tekenen. Als zijn vader binnenkomt vraagt hij wat hij aan het tekenen is. Op het papier staat een wirwar van lijnen schots en scheef door elkaar. Het jongetje kijkt ernstig en zegt: ‘Dat is God!’ Dan zegt vader: ‘Lieverd, niemand weet toch hoe God er uitziet!’ Het jongetje laat zich niet van de wijs brengen. Terwijl hij rustig doortekent zegt hij: ‘Dan weten ze het nu.’

Is het mogelijk om in de wirwar van lijnen in ons leven God precies uit te tekenen? David zegt: ‘Steeds houd ik de HEER voor ogen, met Hem aan mijn zijde wankel ik niet’ (Psalm 16:8). Hoe wij God voor ogen houden is bepalend voor hoe we in het leven staan. Hoe we naar onszelf kijken en naar de ander. Hoe stel jij je God voor ogen?

Als de God die je omringt met vrolijke gezangen van bevrijding.
Als de Rechter die naar fouten speurt om te ontdekken wat je hebt misdaan.
Als de Vader die naar je toe rent om je na al die jaren in zijn armen te sluiten.
Als een Moeder die haar zoon troost.
Als een Kindje dat in doeken gewikkeld in een kribbe ligt.
Als de onsterfelijke God die een ontoegankelijk licht bewoont.
Als de Koning die boos is om het onrecht dat wij elkaar aandoen.
Als de Man die hoeren en tollenaars in zijn huis uitnodigt om met hen te eten.
Als de Goede Herder die je leidt naar rustige wateren.
Als de Schepper die het universum tussen duim en pink omvat.
Als de Man die zich aan het kruis liet slaan voor onze zonden.

God is het allemaal, evenveel en tegelijkertijd. Hij is altijd weer anders en toch steeds dezelfde. Hij is onvoorstelbaar, onvergelijkbaar en misschien wel onnoembaar. Eigenlijk kunnen we ons geen voorstelling maken van wie God is. Daarom spreekt de Bijbel in menselijke beelden over God. Op een manier die wij kunnen begrijpen. De Bijbel spreekt over God zoals wij spreken over mensen. Jezus schetste ons het beeld van God. Hij zei: ‘Wie de Vader is weet alleen de Zoon en iedereen aan wie de Zoon het wil openbaren’ (Lucas 10:22). Jezus is de zuivere Bron die onze ogen opent voor wie God werkelijk is. Hij heeft ons het ware gezicht van God laten zien. Dankzij Hem kunnen we God recht in de ogen kijken. Als we naar Jezus kijken weten we zeker hoe God is. Hij kijkt met meer liefde naar ons dan wij ons ooit kunnen voorstellen.

Uit: Hoe God naar je kijkt