‘Nergens op aarde is een mens te vinden, die altijd het goede doet en nooit zondigt.’ (Prediker 7:20)

Niets in de hele wereld wordt zo onderschat als de vernietigende kracht van zonde. Zonde is destructief, altijd en overal. Het maakt zoveel kapot. Het vernietigt onze relatie met God en onze relaties onderling. Jesaja laat ons zien wat zonde uitwerkt ten aanzien van onze relatie met God: ‘Zie, de hand des Heren is niet te kort om te verlossen, en zijn oor niet te onmachtig om te horen; maar uw ongerechtigheden zijn het, die scheiding brengen tussen u en uw God, en uw zonden doen zijn aangezicht voor u verborgen zijn, zodat Hij niet hoort!’ (Jesaja 59:1-2)

Zonde is een veel groter probleem dan velen denken. De hele menselijke natuur is met het zondevirus besmet. Sommige mensen hebben zo’n zachtmoedig karakter of zetten zich op zo’n onbaatzuchtige manier in voor hun medemens dat ik denk: wat een mooi mens! Toch is de hele menselijke natuur met het zondevirus besmet.

God zegt: ‘Nergens op aarde is een mens te vinden, die altijd het goede doet en nooit zondigt’ (Prediker 7:20). In de Bijbel staat dat wij in Adam allemaal gezondigd hebben en dat door hem de zonde de wereld is binnengekomen en de dood in deze wereld als koning is gaan regeren: ‘Samengevat is het zo: door de schuld van één mens, Adam, is de zonde in de wereld gekomen en de dood is het logische gevolg van de zonde. De dood breidde zich uit naar alle mensen, want zij zondigden allemaal. Door de overtreding van die ene mens kreeg de dood de wereld in zijn macht. Hoeveel meer is er door die andere mens, Jezus Christus, gebeurd! Door zijn overvloedige genade is vrijspraak mogelijk geworden. Wie die grote gift van Hem aannemen, zullen samen met Hem leven en als koningen regeren. Dus, zoals door die ene overtreding van Adam alle mensen werden veroordeeld, worden door die ene goede daad van Christus alle mensen vrijgesproken, zodat zij kunnen leven. Zoals de ongehoorzaamheid van Adam tot gevolg had dat de mensen zondaars werden, is het gevolg van de gehoorzaamheid van Christus dat tallozen rechtvaardig worden verklaard’ (Romeinen 5:12, 17-19, HB).

De zonde heeft zo’n macht over ons gekregen dat onze van oorsprong goddelijke natuur onherroepelijk veranderd is in onze huidige, zondige natuur. Wij zijn geen zondaars omdat we hebben gezondigd, maar zondigen omdat wij zondaars zijn. In deze zondige natuur werken allerlei zondige begeerten en hartstochten. Door te zondigen zijn wij slaaf van de zonde geworden. In onze zondige natuur woont geen goed. Onze zondige natuur is vijandig tegenover God en onderwerpt zich niet aan Hem. Onze zondige natuur kan God niet behagen.

Uit: Het wonder van het kruis