‘Heere, zet een wacht voor mijn mond, behoed de deur van mijn lippen.’
(Psalm 141:3)

De Bijbel ons leert dat leven en dood in de macht van de tong zijn. Onze woorden hebben invloed op onszelf en op het leven van de mensen om ons heen. Toen wij tot geloof kwamen, heeft God het verlangen in ons gelegd om tot zegen te zijn voor anderen. Net als koning David worstelen ook wij met het gevaar dat we onze tong niet altijd onder controle hebben. David bad dat de overdenkingen van zijn hart en de woorden van zijn mond God welgevallig zouden zijn (Psalm 19:15). Dat mogen wij ook elke dag bidden.

David vergelijkt zijn mond met de poorten van een stad en bidt dat God hem een schildwacht geeft om zijn lippen te bewaken. Een schildwacht let erop dat geen vijand naderbij komt en zorgt ervoor dat geen gevangene zonder toestemming naar buiten gaat. Een Arabisch spreekwoord zegt het zo: ‘Het woord dat je binnenhoudt

is je slaaf; het woord dat je uitspreekt is je meester.’ Daarom moet een woord, als het door de deuren van onze lippen naar buiten wil, eerst langs de volgende vier schildwachten zien te komen:

  1. Eerlijkheid (is het eerlijk wat je wilt zeggen?)
  2. Liefde (is het liefdevol wat je wilt zeggen?)
  3. Noodzaak (is het nodig om dit te zeggen?)
  4. Wijsheid (is het wijs om dit nu te zeggen?)

Als het woord dat wij willen spreken niet (helemaal) waar is, is het beter om het binnen te houden. Als het wel waar is, zullen we nog niet direct spreken. We komen dan eerst de schildwacht van de liefde tegen, die vraagt of wij de waarheid in liefde willen spreken. Wanneer dat niet zo is, laat schildwacht Liefde ons niet passeren. Als ons woord wel vol van Gods liefde is, komen we schildwacht Noodzaak tegen. Hij vraagt of het werkelijk nodig is om dit te zeggen. Als het niet (echt) noodzakelijk is, zullen we rechtsomkeert maken. Als het wel nodig is, verschijnt tenslotte wachtpost Wijsheid die vraagt of we het niet beter een paar dagen of zelfs een paar weken later kunnen zeggen.

Laten we net als David bidden dat God een wacht voor onze mond zet. Laten we alleen spreken als dat wát we willen zeggen voldoet aan de eisen van deze door God gegeven schildwachten.

Uit: Woorden hebben kracht